Portaal

Biografie
Werken
Over het leven en het werk van Mandel...
Debatten, interviews, ...
Multimedia
Contact
Mailinglist

Nu voor 12 euro!

Dubbele DVD:

Links
Castellano
Deutsch
English
Français

De strategie der overgangseisen

Ernest Mandel Afdrukken

9. De internationale dimensie

De crisis van de kapitalistische productieverhoudingen vindt ook zijn neerslag in de imperialistische landen in de crisis van de burgerlijke nationale staat. We hebben op een andere plaats [19] de oorzaken en de verschijningsvormen van deze crisis geanalyseerd. De productiekrachten hebben reeds lang het nauwe kader van de nationale staat doorbroken. Bij de huidige techniek zijn er talrijke producten die over het algemeen slechts rendabel gefabriceerd kunnen worden indien er niet meer dan één productieplaats voor een heel continent is (bij bepaalde dure en tamelijk zelden gebruikte medicijnen is zelfs de markt van Noord-Amerika te klein geworden voor een rendabele productieserie, ook van slechts één enkele firma). De concentratie en centralisatie van het kapitaal neemt steeds meer een internationaal karakter aan. We zijn in een tijdperk aangeland waarin de beheersing van de wereldmarkt door enige dozijnen multinationale concerns een realistisch perspectief vormt. [20]

De groeiende internationalisatie van het kapitaaleigendom en van het economische leven als zodanig leidt automatisch tot een toenemende internationalisatie van de ‘objectieve’ klassenstrijd — en wat betreft dat heeft de traditionele arbeidersbeweging precies zo klagelijk gefaald als in het begrijpen (om niet te spreken van de toepassing) van de strategie van overgangseisen of in het beantwoorden aan nieuwe, uit de groei van de productiekrachten zelf ontstane behoeften. Het onvermogen van de van de vakbondsbureaucratie en van de sociaal-democratische en communistische partijapparaten om tegenover de internationale manoeuvres van het grootkapitaal een daadwerkelijke internationale solidariteit van de loonafhankelijken te stellen heeft intussen talrijke stakingen verzwakt zo niet tot nederlagen veroordeeld. (Franse mijnwerkersstaking, Limburgse mijnwerkersstaking in België, Britse zeeliedenstaking). Begin 1971 moesten wij het beleven hoe de staking van de Britse postbeambten voor een aanzienlijk deel van haar economische uitwerking werd beroofd doordat miljoenen poststukken via privé-tussenpersonen uit Engeland in Ierse, Belgische Franse en Nederlandse havensteden werden binnengeloodst en daar door in vakbonden georganiseerde collega’s bezorgd werden zonder dat de desbetreffende vakbonden zich er het hoofd over braken dat zij een open stakingsbreking tegenover hun Britse collega’s begingen.

Het te boven komen van de nauwe inkapseling in de nationale staat van de loonafhankelijken en van de revolutionaire intelligentsia is niet alleen noodzakelijk vanwege de grotere uitwerking van stakingsbewegingen — d.w.z. op defensieve gronden. Het heeft ook offensief een groeiende betekenis. In de opkomende golf van antikapitalistische klassenstrijd die sinds 1967-68 in Europa opkomt, worden door bepaalde delen van de arbeiders, van de studenten, van de revolutionaire intelligentsia in vele gevallen radicale experimenten ondernomen, zowel wat betreft de eisen van de strijd als wat betreft zijn organisatievorm en keuze van doeltreffende strijdmethoden die voor het gehele Europese proletariaat van de grootste betekenis zijn maar die door het nationale, regionale en vaak zelfs lokale isolement van de strijdende kameraden niet tot bredere verbreiding komen. Tijdens de Brusselse conferentie [21] van november 1970 voor een Rood Europa werd de leuze geformuleerd: het gaat er om de ongelijkmatige ontwikkeling van het klassenbewustzijn in Europa in een gecombineerde ontwikkeling te veranderen. Het gaat erom ervoor te zorgen dat de door de burgerlijke massamedia en de door de bureaucratische apparaten georganiseerde verkaveling en fragmentatie van het klassenbewustzijn systematisch doorbroken wordt en dat iedere radicale strijdervaring van de gehele arbeidersvoorhoede, van de ring van de gehele arbeidersvoorhoede, van de gehele massa van de strijdbereide arbeiders op Europese schaal kan worden verbreid. Dat deze niet slechts in het bewustzijn moet worden verwerkt maar ook een praktische invloed op de radicalere vormgeving van latere stukken strijd moet hebben, spreekt daarbij van zelf.

Wij hebben dit aspect van de internationale dimensie die iedere socialistische strategie moet hebben in het bijzonder op de voorgrond geplaatst omdat zij het ondubbelzinnigst voortkomt uit de directe ervaringen en stukken strijd van het Europese proletariaat.

Maar zich tot dit aspect van de internationaliteit van de socialistische strategie beperken zou opnieuw betekenen zich tenslotte bij de bestaande (en klaarblijkelijk onvoldoende) stand van het klassenbewustzijn aanpassen, d.w.z, noch politiserend noch als voorhoede opvoedend doch zuiver economisch en achter de achterhoede aanlopend werken. De radicale studentenbeweging en de revolutionaire voorhoedeorganisaties hebben zich grote verdiensten verworven doordat zij de taak van de solidariteit met de revoluties in de koloniën en semi-koloniën niet alleen voorlichtend maar ook actief handelend weer op de dagorder van de politieke openbaarheid plaatsten. Het falen van de sociaal-democratie en van de communistische partijen om hun eigen tradities (die van de sociaal-democratie voor de eerste wereldoorlog, die van de communistische partijen der twintiger jaren) op dit gebied trouw te blijven, heeft een lege ruimte doen ontstaan die succesvol door de jeugd avant-garde werd gevuld. Het is beslist voor vele ‘exoten’ een vlucht voor de plicht om in het eigen land en bij de eigen arbeidersklasse het revolutionaire bewustzijn te bevorderen en een revolutionair bewustzijn te bevorderen en een revolutionaire organisatie op te bouwen waneer zij zich uitsluitend bezig houden met de solidariteit met de Vietnamese, Cubaanse, Palestijnse, Latijns-Amerikaanse, enz. revolutie. Maar onbegrip voor de noodzaak om zulk een solidariteit autonoom van de lopende routine van de klassenstrijd in het eigen land te ondersteunen is onbegrip voor het wezen zelf van het revolutionaire marxisme in het imperialistische tijdperk.

Dit geldt niet alleen voor de noodzakelijke solidariteit met de bevrijdingsstrijd van de onderdrukte volken. Het geldt evenzeer voor de niet minder noodzakelijke solidariteit met de anti-bureaucratische strijd in de verbureaucratiseerde arbeidersstaten van het Oostblok. Het geldt evenzeer voor de in de toekomst steeds belangrijker coördinatie van de klassenstrijd van het Europese met die van het Japanse en Noord-Amerikaanse proletariaat. Maar al deze taken kunnen nog minder aan de toevallige op- en neergang van de massa- of voorhoedespontaniteit overgelaten worden. Zij vereisen een internationale revolutionaire voorhoedeorganisatie precies zoals een doeltreffende uitwerking en toepassing van een socialistische strategie in het nationale kader een nationale revolutionaire organisatie vereist. Wat er na een eeuw ervaring met betrekking tot het organisatievraagstuk moet worden gezegd hebben wij al geformuleerd en willen wij hier daarom liever niet herhalen. [22]


[19] Ernest Mandel, Die EWG und die Konkurrenz Europa-Amerika, Frankfurt 1967 — Nederlandse vertaling: De EEG en de rivaliteit Europa-Amerika, Kritische Bibliotheek Van Gennep, Amsterdam, 1969.

[20] zie het enigszins ‘sensationeel’ opgemaakte bericht van Robert Lattes, Tausend Milliarden Dollar, München 1970.

[21] Op 21 en 22 november verzamelde de Brusselse Conferentie voor een Rood Europa (voor de Socialistische Verenigde Staten van Europa) 3.500 arbeiders, studenten en intellectuelen, volgend op een oproep van de Vierde Internationale.

[22] Ernest Mandel: Lenin und das Problem des proletarischen Klassenbewusstseins, in Lenin, Revolution und Politiek, Frankfurt 1970 — Nederlandse vertaling: Lenin en het probleem van het proletarisch klassenbewustzijn, SUN, Nijmegen, 1970.

 

Contact webmaster

Avec le soutien de la Formation Leon Lesoil, 20, rue Plantin, 1070 Bruxelles, Belgique